(NL) Woning van Wassenhove van architect Lampens beschermd
De Woning van Wassenhove, ontworpen door architect Juliaan Lampens, is beschermd. Dat zegt de universiteit van Gent, die al bijna zes jaar eigenaar is van het merkwaardige bouwwerk. De UGent schonk de voormalige woning in bruikleen aan het Museum Dhondt-Dhaenens uit Deurle om er congressen en ontmoetingen te organiseren. Op zondag 21 januari 2018 kan u de woning bezoeken.
Beweren dat het brutalisme, de stijl die architect Juliaan Lampens hanteerde, weer volop in de mode is, klinkt wat overdreven. Brutalisme was te extreem om ooit hip of echt populair te worden. In de jaren 70 kon Johan Anthierens nog ongestraft fulmineren in “Ooggetuige” in Knack tegen Lampens’ brutalistische “Bedevaartskapel van Onze-Lieve-Vrouw van Kerselare”, in Edelare niet ver van Oudenaarde. Weinig mensen kenden die revolutionaire kapel toen. Maar de voorbije jaren zijn vier projecten van Lampens beschermd, en bij openstellingen, tijdens monumentendagen onder meer, staat het volk in een file tot op straat. Ook de kapel van Kerselare is beschermd, naast zijn eigen woning in Eke, en de bibliotheek in hetzelfde Oost-Vlaamse dorp. Voorts zijn er een paar belangrijke architectuurbureaus die anno 2018 brutalistische elementen en principes opvissen.
Brutale muren die bijten
De grote Woning van Wassenhove van eind jaren zestig is een vrij laat ontwerp van Juliaan Lampens, die het levenslicht zag in De Pinte in 1926, en begon als traditionele modernist. Het is een exemplarisch geval van het brutalisme, een van de meest integere bouwstijlen, dat rudimentaire en eenvoudige elementen koppelde aan een grote bewoonbaarheid, modulair aanpasbare open ruimten en een hoge kwaliteit van de grondstoffen, vooral beton en hout. Twee elementen zijn opvallend: het brutalisme gebruikt geen echte ramen met kaders of lijsten, nee, het glas zit direct in de betonnen wanden. Ten tweede, als je langs de ruwe ongepleisterde, niet-geverfde muren schuurt, loop je schaafwonden op.
De Woning van Wassenhove vertoont een ruwe bekiste betonschil omheen het hele gebouw. De zijgevels zijn massief, de oostzijde bestaat uit een glasraam, de westkant bevat een hoog bandraam. Het interieur is één grote open ruimte, met enkele oordeelkundig geplaatste houten en betonnen dividers, zodat doorheen de ruimte evolueren altijd iets heeft van een door Horta of Le Corbusier geïnspireerde wandeling met telkens een ander uitzicht. In 2015 onderging het monument een restauratiebeurt. De ruimte is ideaal voor ontmoetingen en kleine artistieke en filosofische projecten. En bezoeken. Die kan je reserveren via deze website.
Bron: www.vrt.be