(NL) In memoriam Georges Baines (1925-2013)
Op 22 mei overleed architect Georges Baines. Hij zal vooral herinnerd worden als de ontwerper van de galerie Ronny Van de Velde en de restauratie van Les Peupliers, het enige huis in België naar een ontwerp van Le Corbusier.
Georges Baines wordt in 1925 geboren in Antwerpen en studeert er architectuur, o.a. bij Léon Stynen bij wie hij ook stage loopt. Ontgoocheld in de provincialistische sfeer zoekt hij aansluiting bij internationale kunstenaars als Max Bill en de naar Parijs uitgeweken Belgische schilder Georges Vantongerloo. Via deze omweg van de schilderkunst komt hij wel terug bij de architectuur uit. Zijn grote voorbeeld is Le Corbusier.
In het begin van zijn carrière ontwerpt hij vooral privéwoningen in een gematigde modernistische stijl, mede beïnvloed door de Scandinavische soberheid die begin jaren zestig populair is. Zijn connecties met de wereld van de beeldende kunsten leidt tot een aantal opmerkelijke gebouwen. Zo ontwerpt hij de atelierwoning van beeldhouwer Vic Gentils in Wijnegem, de Lens Fine Art Gallery en de galerie Ronny Van de Velde, allebei in Antwerpen.
In 1968 wint Georges Baines de prestigieuze Prijs Van De Ven voor een bescheiden privéwoning. Architectuurcriticus Geert Bekaert ziet in deze opmerkelijke beslissing – de andere grote kanshebber was een kantoorgebouw met een opvallende ligging en een rijke afwerking – een principeverklaring van de jury.
In de loop van de jaren tachtig maakt de architect naam als restauratiespecialist. Zo leidt hij in opdracht van de nieuwe eigenaars van Les Peupliers (ook gekend als de woning Guiette en de enige realisatie van Le Corbusier in ons land) de verbouwing en uitbreiding van dit icoon van de modernistische architectuur in Wilrijk. Hij was ook de drijvende kracht achter de restauratie van het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel (een ontwerp van Victor Horta) en van het schoolgebouw in Leuven (de laatste realisatie van Henry Van de Velde en nu de bibliotheek Tweebronnen). Verdere realisaties uit zijn latere periode zijn het Fotomuseum in Antwerpen en het Belgisch paviljoen in Venetië, dat laatste een samenwerking met zijn zoon.
In 1994 ontving hij de Grote Prijs Architectuur voor zijn œuvre, een paar jaar later kreeg hij de titel van ridder.
bron: cobra.be